• Home
  • Projecten
  • Geen warmtenet zonder sociale cohesie (fysiek en sociaal gaan hand in hand)

Er was eens een transitievisie warmte

Een mooie toekomstdroom om Rozendaal duurzamer te maken, energiegebruik te minderen, te vergroenen en op den duur zelfs aardgasloos te worden. Het staat allemaal in de transitievisie warmte. En dan? Hoe maak je die toekomstvisie concreet? De gemeente wil stapsgewijs en vooral sámen met inwoners op zoek naar passende oplossingen in een buurtuitvoeringsplan.

Uitdaging

Rozendaal is een kleine gemeente bij Arnhem. Uit de Transitievisie Warmte blijkt dat inwoners weinig alternatieven hebben om hun woningen te verwarmen. Er is geen restwarmte beschikbaar van een bron in de buurt en er staan relatief veel grotere (monumentale) woningen. Alleen de buurten Leermolensenk, De Moestuin en Delhoevelaan e.o. zijn misschien geschikt voor een kleinschalig warmtenet. Daarom besloot de gemeente in deze wijken een buurtproces te starten. De adviseurs van Spectrum kregen de opdracht om samen met de technische adviseurs van DEP de buurten in te gaan, op zoek naar antwoorden en oplossingen.

Aanpak

Het doel is om gezamenlijk verschillende warmteopties financieel en technisch te vergelijken, samen afwegingen te maken, elkaar te informeren, vragen te beantwoorden en te peilen of er voldoende interesse is onder de buurtbewoners om tot een sluitende businesscase te komen.
Spectrum voerde inventariserende gesprekken met betrokken inwoners, waarvan een deel actief is voor Werkgroep Duurzaam Rozendaal. We organiseerden meerdere bijeenkomsten en stelden een kerngroep en buurtteams samen. Buurten werden geïnformeerd via een warmtekrant. Met een touringcar ging een groep inwoners op bezoek bij een vergelijkbaar initiatief in Didam, om kennis uit te wisselen en van elkaar te leren. Ook raadsleden werden betrokken.

De technische berekeningen naar de haalbaarheid van drie verschillende warmtealternatieven nam DEP voor zijn rekening.

Resultaat

Uit de afwegingen en berekeningen blijkt dat het warmtenet in twee buurten uitvoerbaar is, maar alleen als 90% van de inwoners meedoet. Tot nu toe blijkt uit gesprekken dat de hoge investeringen voor een kleinschalig warmtenet voor veel inwoners een brug te ver is. Voor inwoners spelen nog veel over een gezamenlijk warmtenet, waaronder die van eigenaarschap. De voorkeur lijkt (voorlopig) uit te gaan naar een hybride of elektrische warmtepomp.

We hebben de gemeente geadviseerd maximaal in te zetten op het naar beneden brengen van energieverbruik (want dat is hoog!), op gezamenlijke inkoop van isolatiemaatregelen, vormen van subsidie en (persoonlijk) isolatieadvies.

Vervolg

Om te komen tot een collectief alternatief -zoals een warmtenet- is een basis van gemeenschappelijkheid en vertrouwen nodig. Deze projecten vragen om langetermijnsinvesteringen in tijd en middelen. Mensen gaan niet over een nacht ijs en willen controle blijven houden over hun portemonnee. Zelfs als het goedkoper is, zijn bewoners alleen bereid een collectief warmtealternatief te omarmen als ze elkaar beter kennen, de gemeenschappelijke (inkoop)meerwaarde zien en vertrouwen hebben in de (toekomstige) eigen (buurt)regie. Basisvoorwaarde is dus elkaar meer ontmoeten en een gezamenlijke focus op een groene, veilige en sociale buurt. Tot deze basis grondig is gelegd lijken individuele keuzes de voorkeur te hebben.